The invention comprises a method and system for managing computer database connections. In accordance with the method of the invention, a database operation request is received for a first database. The first database comprises a first database type and the first database operation request comprises at least a portion of a first transaction A pool of interface objects is maintained, each interface object comprising an interface to a database of the first database type. Interface object status information is maintained, either by the interface object itself or externally, indicating whether or not the interface object is connected to the first database and whether or not the interface object is currently being used for a transaction. If a first interface object is connected to the first database and is assigned to the first transaction, then the first database operation request is processed using that first interface object. If no interface object is both connected to the first database and assigned to the first transaction and if a second interface object is connected to the first database but not currently being used for a transaction, then the second interface object may be assigned to the first transaction, the interface object status for the second interface object updated, and the first database operation request processed using the second interface object.

De uitvinding bestaat uit een methode en een systeem om de verbindingen van het computergegevensbestand te beheren. Overeenkomstig de methode van de uitvinding, wordt een verzoek van de gegevensbestandverrichting ontvangen voor een eerste gegevensbestand. Het eerste gegevensbestand bestaat uit een eerste gegevensbestandtype en het eerste verzoek van de gegevensbestandverrichting bestaat uit bij het meest minst een gedeelte van een eerste transactiea pool van interfacevoorwerpen wordt gehandhaafd, elk interfacevoorwerp bestaand uit een interface aan een gegevensbestand van het eerste gegevensbestandtype. De objecten van de interface de statusinformatie wordt gehandhaafd, of door het interfacevoorwerp zelf of uiterlijk, erop wijzend al dan niet het interfacevoorwerp met het eerste gegevensbestand wordt verbonden en al dan niet het interfacevoorwerp momenteel voor een transactie wordt gebruikt. Als een eerste interfacevoorwerp met het eerste gegevensbestand wordt verbonden en aan de eerste transactie toegewezen, dan is het eerste verzoek van de gegevensbestandverrichting het verwerkte gebruiken die eerste interfacevoorwerp. Als geen interfacevoorwerp zowel met het eerste gegevensbestand wordt verbonden als aan de eerste transactie toegewezen en als een tweede interfacevoorwerp met het eerste gegevensbestand maar niet momenteel wordt gebruikt voor een transactie wordt verbonden, dan kan het tweede interfacevoorwerp aan de eerste transactie, de interfaceobjecten status voor het tweede bijgewerkte interfacevoorwerp, en het eerste verwerkte verzoek van de gegevensbestandverrichting worden toegewezen gebruikend het tweede interfacevoorwerp.