A method for monitoring various physical conditions of pneumatic tires and
to a tire which includes a memory device mounted on the interior of the
tire within the pressurizable cavity and a separate monitoring device
mounted on the tire rim. The memory device contains a battery, an antenna
and stored data pertaining to the tire. The monitoring device uses an
active self-powered programmable electronic circuitry which obtains data
from the memory device and in addition contains one or more sensors which
obtains engineering conditions such as temperature, pressure, tire
rotation and/or other operated conditions of the pneumatic tire along with
the stored information from the memory device. The memory device can be
actuated by externally transmitted radio frequency waves from a remote
location or by signals from the monitoring device, and the monitoring
device can transmit the information to the remote location by a separate,
larger and more powerful battery which is mounted on the tire rim than the
battery in the memory device.
Een methode om diverse fysieke voorwaarden van pneumatische banden en aan een band te controleren die een geheugenapparaat opgezet op het binnenland van de band binnen de pressurizable holte en een afzonderlijk controleapparaat opgezet op de bandrand omvat. Het geheugenapparaat bevat een batterij, een antenne en een opgeslagen gegeven betreffende de band. Het controleapparaat gebruikt een actief self-powered programmeerbaar elektronisch schakelschema dat gegevens uit het geheugenapparaat verkrijgt en daarnaast één of meerdere sensoren bevat dat techniekvoorwaarden zoals temperatuur, druk, bandomwenteling en/of andere in werking gestelde voorwaarden van de pneumatische band samen met de opgeslagen informatie uit het geheugenapparaat verkrijgt. Het geheugenapparaat kan door uiterlijk overgebrachte radiofrequentiegolven van een verre plaats of door signalen van het controleapparaat worden aangedreven, en het controleapparaat kan de informatie aan de verre plaats door een afzonderlijke, grotere en krachtigere batterij doorgeven die op de bandrand dan de batterij in het geheugenapparaat wordt opgezet.