Utilizing a wireless telephone to function as a transaction device. In a
first embodiment, the wireless telephone places a call to the transaction
unit directly. For example, the transaction unit may be a cash register at
a supermarket. The wireless telephone then transfers to the transaction
unit account information specifying the type of account against which the
transaction is to be billed and identification of that transaction. The
transaction unit responds with a transaction number that is transmitted to
the wireless telephone. The user of the wireless telephone then confirms
the transaction when the correct transaction number is displayed on the
transaction unit. After the transaction is completed, the transaction unit
transmits the data defining the transaction to the wireless telephone
which stores this information in a database associated with the account
against which the transaction was charged. In a second embodiment, the
transaction number is not visually displayed but rather is transmitted
over a second transmission media by the transaction unit to the wireless
telephone confirming that the correct transaction is taking place.
Het gebruiken van een draadloze telefoon om als transactieapparaat te functioneren. In een eerste belichaming, plaatst de draadloze telefoon een vraag direct aan de transactieeenheid. Bijvoorbeeld, kan de transactieeenheid een kasregister zijn bij een supermarkt. De draadloze telefoon brengt naar de rekening van de transactieeenheid dan informatie over die het type van rekening specificeert waartegen de transactie is van die transactie worden gefactureerd en identificatie. De transactieeenheid antwoordt met een transactieaantal dat aan de draadloze telefoon wordt overgebracht. De gebruiker van de draadloze telefoon bevestigt dan de transactie wanneer het correcte transactieaantal op de transactieeenheid wordt getoond. Nadat de transactie wordt voltooid, brengt de transactieeenheid de gegevens over bepalend de transactie aan de draadloze telefoon die deze informatie in een gegevensbestand verbonden aan de rekening opslaat waaraan de transactie werd toegeschreven. In een tweede belichaming, wordt het transactieaantal niet visueel getoond maar eerder over een tweede transmissiemedia door de transactieeenheid die aan de draadloze telefoon bevestigt overgebracht dat de correcte transactie plaatsvindt.