A system for monitoring the status of a first server in a server network
with a second server in the network, and also for providing
synchronization and messaging capability between the two servers, the
system including: a device coupled to first and second servers for
receiving commands from the first and second server; a pulse transmitter
module, coupled to the first server, for transmitting a software-generated
pulse waveform to said device; and a pulse receiver module, coupled to the
second server, for receiving the software-generated pulse waveform,
wherein the software-generated pulse includes: a first command transmitted
from the first server to said device which corresponds to a logic level
low of said pulse waveform, wherein the first command sets the status
condition of said device to a first state; and a second command
transmitted from the first server to said device which corresponds to a
logic level high of said pulse waveform, wherein the second command sets
the status condition of said device to a second state. In order to provide
synchronization and messaging, specified commands and/or reference points
between the two servers.
Een systeem om de status van een eerste server in een servernetwerk met een tweede server in het netwerk, en te controleren ook voor het verstrekken van synchronisatie en overseinenvermogen tussen de twee servers, het systeem met inbegrip van: een apparaat eerst wordt gekoppeld die aan en tweede servers voor het ontvangen van bevelen van de eerste en tweede server; een module van de impulszender, die aan de eerste server, voor het overbrengen van een software-geproduceerde impulsgolfvorm wordt gekoppeld aan bovengenoemd apparaat; en een module van de impulsontvanger, die aan de tweede server, voor het ontvangen van de software-geproduceerde impulsgolfvorm wordt gekoppeld, waarin de software-geproduceerde impuls omvat: een eerste bevel dat van de eerste server aan bovengenoemd apparaat wordt overgebracht dat aan een logicaniveau laag van bovengenoemde impulsgolfvorm beantwoordt, waarin het eerste bevel de statusvoorwaarde van bovengenoemd apparaat aan een eerste staat plaatst; en een tweede bevel dat van de eerste server aan bovengenoemd apparaat wordt overgebracht dat aan een hoogte van het logicaniveau van bovengenoemde impulsgolfvorm beantwoordt, waarin het tweede bevel de statusvoorwaarde van bovengenoemd apparaat aan een tweede staat plaatst. Om synchronisatie en overseinen, gespecificeerde bevelen en/of verwijzingspunten tussen de twee servers te verstrekken.