A system for controlling running safety of a vehicle having an alarm and an
automatic braking system. A plurality of decelerations .alpha.2n of an
obstacle such as another vehicle present ahead on the road is predicted
and corresponding manipulated variables .alpha.1n (braking amount) to be
supplied to the vehicle which indicate possible deceleration of the
vehicle are determined. Then threshold values L.alpha.2n for alarming and
automatic braking are determined corresponding to the predicted
deceleration and are successively compared with the distance to the
obstacle. When the distance falls below any of the threshold values,
alarming or automatic braking is effected to avoid contact with the
obstacle, thereby making the system relatively simple and enabling
operation to match the driver's expectations.
Een systeem om lopende veiligheid van een voertuig te controleren dat een alarm en een automatisch remmend systeem heeft. Een meerderheid van decelerations alpha.2n van een hindernis zoals een ander voertuigheden vooruit wordt op de weg voorspeld en de overeenkomstige gemanipuleerde variabelen alpha.1n (het remmen bedrag) om aan het voertuig worden geleverd dat op mogelijke vertraging van het voertuig wijst worden bepaald. Dan worden de drempelwaarden L.alpha.2n voor het alarmeren en het automatische remmen bepaald beantwoordend aan de voorspelde vertraging en met de afstand bij de hindernis opeenvolgend vergeleken. Wanneer de afstand onder om het even welk van de drempelwaarden valt, wordt het alarmeren of het automatische remmen uitgevoerd om contact met de hindernis te vermijden, daardoor makend het systeem vrij eenvoudig en toelatend verrichting om de verwachtingen van de bestuurder aan te passen.