The invention relates to a distributed directory service that is constructed based on a predicate, i.e., a query from a client. The predicate is formed by the query (request) issued by the client. The predicate is used as an index for retrieving data from a plurality of directory servers. Retrieving the data has the following steps. Each directory server is designated by a designation predicate giving a range of data values stored in the directory server. A client predicate indicates desired information. The client predicate is compared with the designation predicates to determine which directory servers may contain information requested by the client predicate. In the event that a particular designation predicate indicates that a portion of the desired information may be stored on a particular directory server, an inquiry is sent to the particular directory server for the desired information. The retrieved information is transferred to the client computer. The predicate is used to form an index by sorting the predicate into a normal form. Steps in sorting the predicate into the normal form include the following. Each symbol of the predicate is represented by a numerical representation, for example the ASCII value used to represent the symbol in ordinary text files. The logical connectors and the predicates are sorted in numerical order of the numerical representation to form the normal form of the predicate. The directory may be chosen to be a database.

De uitvinding heeft op een verdeelde indexdienst betrekking die gebaseerd op een predikaat, d.w.z., een vraag van een cliënt wordt geconstrueerd. Het predikaat wordt gevormd door de vraag (verzoek) die door de cliënt wordt uitgegeven. Het predikaat wordt gebruikt als index voor het terugwinnen van gegevens van een meerderheid van folderservers. Het terugwinnen van de gegevens heeft de volgende stappen. Elke folderserver wordt door een benoemingspredikaat aangewezen dat een waaier van gegevenswaarden geeft die in de folderserver worden opgeslagen. Een cliëntpredikaat wijst op gewenste informatie. Het cliëntpredikaat wordt vergeleken met de benoemingspredikaten om te bepalen welke folderservers informatie kunnen bevatten gevraagde door het cliëntpredikaat. In het geval dat een bepaald benoemingspredikaat erop wijst dat een gedeelte van de gewenste informatie op een bepaalde folderserver kan worden opgeslagen, wordt een onderzoek verzonden naar de bijzondere folderserver voor de gewenste informatie. De teruggewonnen informatie wordt overgebracht naar de cliëntcomputer. Het predikaat wordt gebruikt om een index te vormen door het predikaat in een normale vorm te sorteren. De stappen in het sorteren van het predikaat in de normale vorm omvatten het volgende. Elk symbool van het predikaat wordt vertegenwoordigd door een numerieke vertegenwoordiging, bijvoorbeeld de waarde van ASCII die wordt gebruikt om het symbool in gewone tekstdossiers te vertegenwoordigen. De logische schakelaars en de predikaten worden in numerieke orde van de numerieke vertegenwoordiging gesorteerd om de normale vorm van het predikaat te vormen. De folder kan worden verkozen om een gegevensbestand te zijn.

 
Web www.patentalert.com

< (none)

< Split data path distributed network protocol

> Set of serving trays

> (none)

~ 00026