A method and apparatus for managing memory used by a device driver in an
operating system. The method comprises: (i) configuring a chipset to set
up a mapping table for memory address translation, (ii) allocating a
device memory in response to a request by the device driver, and (iii)
mapping non-contiguous system memory to contiguous device memory using the
mapping table.
Een methode en een apparaat om geheugen te beheren dat door een apparatenbestuurder wordt gebruikt in een werkend systeem. De methode bestaat uit: (i) het vormen van een chipset om een afbeeldingslijst voor de vertaling van het geheugenadres op te zetten, (ii) toewijzend een apparatengeheugen in antwoord op een verzoek door de apparatenbestuurder, en (iii) in kaart brengend niet aangrenzend systeemgeheugen aan aangrenzend apparatengeheugen dat de afbeeldingslijst gebruikt.