In a telecommunications system, such as a cellular radio telecommunications
system, transmission information, such as modulation scheme selection
information, coding information or power level control commands, is
efficiently conveyed from the transmitter to the receiver without
increasing the bandwidth requirements and without introducing additional
transmission delays. This can be accomplished by employing a data symbol
phase rotation technique, wherein a sequence of data symbols, for example,
a sequence of training symbols used for estimating the propagation
characteristics of a given channel, are phase-rotated in accordance with a
phase rotation factor that uniquely corresponds to the information being
conveyed to the receiver. At the receiver, the symbols are de-rotated
until the receiver recovers the training sequence. This allows the
receiver to determine the phase rotation factor used to rotate the symbols
at the transmitter. This, in turn, identifies the corresponding
transmission information.
In een telecommunicatiesysteem, zoals een cellulair radiotelecommunicatiesysteem, wordt de transmissieinformatie, zoals de selectieinformatie van de modulatieregeling, het coderen informatie of de controlebevelen van het machtsniveau, efficiƫnt vervoerd van de zender aan de ontvanger zonder de bandbreedtevereisten te verhogen en zonder het introduceren van extra transmissievertragingen. Dit kan worden verwezenlijkt door een techniek van de de faseomwenteling van het gegevenssymbool aan te wenden, waarin een opeenvolging van gegevenssymbolen, bijvoorbeeld, een opeenvolging van opleidingssymbolen die voor het schatten van de propagatiekenmerken worden gebruikt van een bepaald kanaal, overeenkomstig een factor wordt fase-geroteerd van de faseomwenteling die aan de informatie die aan de uniek ontvanger wordt vervoerd beantwoordt. Bij de ontvanger, worden de symbolen DE-GEROTEERD tot de ontvanger de opleidingsopeenvolging terugkrijgt. Dit staat de ontvanger toe om de factor te bepalen van de faseomwenteling die wordt gebruikt om de symbolen bij de zender te roteren. Dit, beurtelings, identificeert de overeenkomstige transmissieinformatie.