A charge maintenance system for a lead-acid battery includes a charger, a
voltage monitor, and a load/switch series combination, all connectable in
parallel across the battery terminals, the switch and the charger being
under control of a microprocessor. The battery is initially loaded for a
predetermined time period, or until the battery voltage drops below an
absolute minimum reference level during a loading cycle, and the system
stores the lowest battery terminal voltage occurring during the loading
cycle. After a predetermined delay following the loading cycle the charger
is activated to charge the battery until it reaches a maximum charge
level. Then, if the stored lowest battery voltage level is below a
predetermined reference level, the loading/charging routine is repeated,
otherwise it is not and the battery is considered good. If the stored
lowest battery voltage level remains below the threshold for ten
consecutive loading cycles, the system indicates that the battery failed
the test but could be subject to retest. If the stored lowest battery
voltage level is below an absolute minimum reference voltage level after
three consecutive loading cycles, the system indicates that the battery is
bad and should be discarded.
Een systeem van het lastenonderhoud voor een lead-acid batterij omvat een lader, een voltagemonitor, en een lading/schakelaarreekscombinatie, al aansluitbare tegelijkertijd parallel over de batterijterminals, schakelaar en de lader die onder controle van een microprocessor zijn. De batterij wordt aanvankelijk geladen voor een vooraf bepaalde tijdspanne, of tot de dalingen van het batterijvoltage onder een absoluut minimumverwijzingsniveau tijdens een ladingscyclus, en het systeem slaat het laagste batterij eindvoltage op dat tijdens de ladingscyclus voorkomt. Na een vooraf bepaalde vertraging na de ladingscyclus wordt de lader geactiveerd om de batterij te laden tot het een maximumlastenniveau bereikt. Dan, als het opgeslagen laagste niveau van het batterijvoltage onder een vooraf bepaald verwijzingsniveau is, wordt de lading/het laden routine herhaald, anders is het niet en de batterij wordt beschouwd als goed. Als het opgeslagen laagste niveau van het batterijvoltage onder de drempel voor tien opeenvolgende ladingscycli blijft, wijst het systeem erop dat de batterij ontbrak de test maar onderworpen kon zijn om opnieuw te testen. Als het opgeslagen laagste niveau van het batterijvoltage onder een absoluut minimumniveau van het verwijzingsvoltage na drie opeenvolgende ladingscycli is, wijst het systeem erop dat de batterij slecht is en zou moeten worden verworpen.