A vehicular route optimization system and method changes the order that a
vehicle is expected to arrive at a plurality of destinations based on
requests from users so that the vehicle arrives at the plurality of
destinations at more opportune times for the users. The system includes
memory, a first communications device, and a data manager. The memory
stores data indicating an order that a mobile vehicle is expected to
arrive at the plurality of destinations. The first communications device
receives a request transmitted from a remote communications device, and
the data manager, in response to the request, defines a new order that the
mobile vehicle is expected to arrive at the plurality of destinations. The
data manager also identifies one of the destinations and a particular time
period based on the request and determines whether the vehicle is expected
to arrive at the one destination during the particular time period, if the
vehicle travels a route based on the new order. If the vehicle is expected
to arrive at the one destination during the particular time period when
the vehicle travels the route based on the new order, the data manager
updates the data such that the data indicates the new order. The updated
data can then be displayed to a driver of the vehicle, who follows the
route based on the new order. Therefore, the vehicle should arrive at the
one destination during the particular time period.
Een systeem en een methode van voertuigen van de routeoptimalisering veranderen de orde dat een voertuig bij een meerderheid van bestemmingen zou moeten aankomen die op verzoeken van gebruikers worden gebaseerd zodat het voertuig bij de meerderheid van bestemmingen in wenselijkere tijden voor de gebruikers aankomt. Het systeem omvat geheugen, een eerste communicatie apparaat, en een gegevensmanager. Het geheugen slaat gegevens op die op een orde wijzen dat een mobiel voertuig bij de meerderheid van bestemmingen zou moeten aankomen. Het eerste communicatie apparaat ontvangt een verzoek dat van een verre communicatie apparaat wordt overgebracht, en de gegevensmanager, in antwoord op het verzoek, bepaalt een nieuwe orde dat het mobiele voertuig bij de meerderheid van bestemmingen zou moeten aankomen. De gegevensmanager identificeert ook één van de bestemmingen en een bepaalde tijdspanne die op het verzoek worden gebaseerd en bepaalt of het voertuig bij de één bestemming tijdens de bijzondere tijdspanne zou moeten aankomen, als het voertuig een route reist die op de nieuwe orde wordt gebaseerd. Als het voertuig bij de één bestemming tijdens de bijzondere tijdspanne zou moeten aankomen wanneer het voertuig de route reist die op de nieuwe orde wordt gebaseerd, werkt de gegevensmanager de gegevens bij dusdanig dat de gegevens op de nieuwe orde wijzen. De bijgewerkte gegevens kunnen dan aan een bestuurder van het voertuig worden getoond, die de route volgt die op de nieuwe orde wordt gebaseerd. Daarom zou het voertuig bij de één bestemming tijdens de bijzondere tijdspanne moeten aankomen.