A monitoring procedure and a monitoring installation for machine tools with
a motor-driven work spindle and a separate protection device. The actual
mass inertia moment of a tool fitted into the work spindle is determined
by measurement and compared with a mass inertia moment calculated from the
data of the tool. In addition, a predetermined parameter of a tool fitted
into the work spindle is compared with that of the maximum parameter for
the tool which is dependent on the strength of the protection device. The
work spindle will be driven at the predetermined desired speed of rotation
only if the actual mass inertia moment agrees with the calculated mass
inertia moment and the predetermined parameter is smaller than or equal to
the maximum parameter predetermined by the strength of the protection
device.
Een controleprocedure en een controleinstallatie voor werktuigmachines met een het werkas met motor en een afzonderlijk beschermingsapparaat. Het daadwerkelijke ogenblik van de massainertie van een hulpmiddel dat in de het werkas wordt gepast wordt bepaald door meting en met een ogenblik van de massainertie dat vanaf de gegevens van het hulpmiddel vergeleken wordt berekend. Bovendien wordt een vooraf bepaalde parameter van een hulpmiddel dat in de het werkas wordt gepast vergeleken met dat van de maximumparameter voor het hulpmiddel dat van de sterkte van het beschermingsapparaat afhankelijk is. De het werkas zal bij de vooraf bepaalde gewenste snelheid van omwenteling worden gedreven slechts als het daadwerkelijke ogenblik van de massainertie met het berekende ogenblik akkoord gaat van de massainertie en de vooraf bepaalde parameter kleiner is dan of gelijke aan de maximumparameter die door de sterkte van het beschermingsapparaat vooraf wordt bepaald.