A method and control apparatus for an internal combustion engine that allows an operator to calibrate engine performance relative to an engine operating characteristic. The control apparatus comprises a base engine control map that correlates values of the characteristic with values of a base engine control, a trim control map that correlates the values of the characteristic with values of a trim control, an engine control unit that obtains from the base engine control and trim control maps the respective base engine control and trim control values that are based on the characteristic value, and a panel that is operatively coupled with the engine control unit and includes a first switch regulating a trim signal supplied to the engine control unit. The trim control map is separated from the base control map. The engine control unit calculates an engine operating control value based on the obtained values. The calculated engine operating control value is supplied to the internal combustion engine to vary the engine performance. The first switch is adapted to be manipulated by the operator. And the trim signal causes the engine control unit to modify the trim control values in the trim control map.

Een methode en controleapparaat voor een interne verbrandingsmotor die een exploitant toestaat om motorprestaties met betrekking tot een motor werkend kenmerk te kalibreren. Het controleapparaat bestaat uit een de controlekaart van de basismotor die waarden van het kenmerk met waarden van een controle van de basismotor, een kaart van de versieringscontrole die de waarden van het kenmerk met waarden van een versieringscontrole correleert, een eenheid correleert van de motorcontrole die uit de controle verkrijgt van de basismotor en de versieringscontrole de respectieve de controle van de basismotor en van de versieringscontrole waarden die op de kenmerkende waarde gebaseerd zijn, en een paneel in kaart brengt dat doeltreffend wordt gekoppeld aan de eenheid van de motorcontrole en een eerste schakelaar omvat die een versieringssignaal regelt dat aan de eenheid van de motorcontrole wordt geleverd. De kaart van de versieringscontrole is gescheiden van de kaart van de basiscontrole. De eenheid van de motorcontrole berekent een waarde van de motor werkende controle die op de verkregen waarden wordt gebaseerd. De berekende waarde van de motor werkende controle wordt geleverd aan de interne verbrandingsmotor om de motorprestaties te variëren. De eerste schakelaar wordt aangepast om door de exploitant worden gemanipuleerd. En het versieringssignaal veroorzaakt de eenheid van de motorcontrole om de waarden van de versieringscontrole in de kaart van de versieringscontrole te wijzigen.