A fiber optic cable splice enclosure is disclosed, the enclosure comprising a cannister having an open end and an expansion seal assembly for closing the open end. The seal assembly includes a plurality of cable receiving ports for admitting fiber optic cables into the enclosure. The ports are in the form of slots extending inward from the outer edges of the seal assembly. The cannister and seal assembly are constructed with an oblong-round shape which provides for increased capacity of the cannister and more seal edge area for the seal assembly, allowing for additional ports as compared to a standard, cylindrical splice enclosure.

Een de lasbijlage wordt van de vezel optische kabel onthuld, de bijlage bestaand uit een bus die een open eind en een assemblage van de uitbreidingsverbinding voor het sluiten van het open eind heeft. De verbindingsassemblage omvat een meerderheid van kabel die havens voor het toelaten van vezel optische kabels in de bijlage ontvangt. De havens zijn in de vorm van groeven binnenwaarts zich uitbreidt van de buitenranden van de verbindingsassemblage. De bus en verbindingsassemblage wordt geconstrueerd met een langwerpig-ronde vorm die verbeterde capaciteit van de bus en meer gebied die van de verbindingsrand voor de verbindingsassemblage voorziet, voor extra havens in vergelijking tot een standaard, cilindrische lasbijlage toestaan.