A gain of a receiving amplifier can be measured by inputting pilot signals
each having a different frequency into an input side and an output side of
the receiving amplifier respectively, then detecting these pilot signals
respectively by a main apparatus having an abnormality detecting function,
and then comparing their relative values.
Een aanwinst van een ontvangende versterker kan worden gemeten door proefsignalen elk in te voeren die een verschillende frequentie heeft in een inputkant en een outputkant van de ontvangende versterker respectievelijk, dan ontdekkend deze proefsignalen respectievelijk door een hoofdapparaat dat een abnormaliteit heeft die functie ontdekt, en dan hun relatieve waarden vergelijkt.