A peripheral bus jumper block that establishes an external peripheral
bridge for linking independent peripheral bus signal paths (i.e., sets of
electrical traces formed on a peripheral bus panel) of a peripheral bus
interconnect system so that the signal paths have the functional
equivalent of a single, continuous peripheral bus path. Accordingly,
arrays of computer peripherals (e.g. disk drives) that are coupled to the
peripheral bus signal paths within a peripheral device enclosure are
chained together so as to be capable of being operated by the same
computer controller, whereby the peripheral bus interconnect system can be
selectively reconfigured to improve system flexibility. The peripheral bus
jumper block has a pair of peripheral bus connectors that are detachably
connected to respective peripheral bus connectors from a pair of the
peripheral bus signal paths that are to be linked together.
Een randblok van de busverbindingsdraad dat een externe randbrug voor het signaalwegen van de aaneenschakelings onafhankelijke randbus (d.w.z., reeksen elektrosporen die op een randbuspaneel worden gevormd) van een perifere bus vestigt verbindt systeem onderling zodat de signaalwegen het functionele equivalent van een enige, ononderbroken randbusweg hebben. Dienovereenkomstig, series van computerrandapparatuur (b.v. schijfaandrijving) die aan de randwegen van het bussignaal binnen een perifeer apparatenbijlage worden geketend samen om kunnen door het zelfde computercontrolemechanisme worden gewerkt worden gekoppeld, waardoor de perifere bus systeem kan selectief worden aangepast om systeemflexibiliteit te verbeteren onderling verbindt. Het randblok van de busverbindingsdraad heeft een paar randbusschakelaars die detachably met respectieve randbusschakelaars van een paar randwegen worden verbonden van het bussignaal die moeten worden verbonden.