A method and system for accessing a large object (LOB) that belongs to a
cell in a table are provided. An index is built on a column in which the
cell resides. The index has a key that includes a LOB identifier. A
database server receives from a client a request to access the LOB. The
server uses a LOB identifier value for the LOB to traverse the index to
locate an index entry for the LOB. The server then follows address
information contained in the index entry to a storage containing at least
a portion of the LOB and accesses the portion of the LOB as specified in
the request. A method and system for tracking storage for data items are
also disclosed. Within an index that is built to access the data items are
stored both index entries for locating blocks that store current versions
of the data items, and index entries for locating blocks that store
non-current versions of the data items.
Een methode en een systeem om tot een groot voorwerp (LOB) toegang te hebben dat tot een cel in een lijst wordt verstrekt behoort. Een index wordt voortgebouwd op een kolom waarin de cel verblijft. De index heeft een sleutel die een herkenningsteken LOB omvat. Een gegevensbestandserver ontvangt van een cliƫnt een verzoek om tot LOB toegang te hebben. De server gebruikt een LOB herkenningstekenwaarde voor LOB om de index over te steken om van een indexingang voor LOB de plaats te bepalen. De server volgt dan adresinformatie in de indexingang aan een opslag die minstens een gedeelte van LOB bevat en heeft toegang tot het gedeelte van LOB zoals die in het verzoek wordt gespecificeerd. Een methode en een systeem om opslag voor gegevensonderdelen worden te volgen ook onthuld. Binnen een index die wordt gebouwd om tot de gegevensonderdelen toegang te hebben zijn opgeslagen zowel indexingangen voor de plaatsbepaling van blokken die huidige versies van de gegevensonderdelen opslaan, en indexingangen voor de plaatsbepaling van blokken die statische versies van de gegevensonderdelen opslaan.