A system for improved digital data compression in an audio encoder. A
threshold is established which depends on the bit rate of the input data.
A determination is made whether the bit rate is above or below the
established threshold. A masking index is calculated for the input data
according to a first formula if the input data is being transmitted at a
rate at or below the threshold. A second formula is used to calculate the
masking index if the input data is being transmitted at a rate above the
threshold. The masking index is used to generate a masking threshold, and
data deemed insignificant relative to the masking threshold is ignored. In
the preferred embodiment of the present invention, a psycho-acoustic
modeler, which is included in the encoding section of an encoding/decoding
(CODEC) circuit, is used to determine a masking index. The masking index
is then used to generate a masking threshold. A masking threshold is an
information curve generated for and unique to each piece of audio data
which enters the CODEC circuit. The psycho-acoustic modeler uses
experimentally determined information about human hearing and, through a
process called perceptive encoding, determines which parts of the input
audio data will not be perceived by the human ear. The masking threshold
is a curve below which the human ear cannot perceive sounds. The
psycho-acoustic modeler compares the masking threshold uniquely generated
for the specific piece of input audio data and compares the masking
threshold to the input audio data. This comparison dictates to the
encoding section of the CODEC circuit which of the tones and noises
contained within the input audio data can be ignored without sacrificing
sound quality.
Een systeem voor betere digitale gegevenscompressie in een audiocodeur. Een drempel wordt gevestigd die van het beetjetarief inputgegevens afhangt. Een besluit wordt opgesteld of het beetjetarief boven of onder de gevestigde drempel is. Een maskerende index wordt berekend voor de inputgegevens volgens een eerste formule als het inputgegeven aan een tarief bij of onder de drempel wordt overgebracht. Een tweede formule wordt gebruikt om de maskerende index te berekenen als het inputgegeven aan een tarief boven de drempel wordt overgebracht. De maskerende index wordt gebruikt om een maskerende drempel te produceren, en het gegeven geacht wordt met betrekking tot de maskerende drempel onbelangrijk genegeerd. In de aangewezen belichaming van de onderhavige uitvinding, wordt een psycho-akoestische modeler, die in de coderende sectie van een coderende/decoderende (CODEC) kring inbegrepen is, gebruikt om een maskerende index te bepalen. De maskerende index wordt dan gebruikt om een maskerende drempel te produceren. Een maskerende drempel is een informatiekromme wordt geproduceerd die voor en uniek aan elk stuk van audiogegevens die de CODEC kring ingaan. Psycho-akoestische modeler gebruikt experimenteel bepaalde informatie over menselijke hoorzitting en, door een geroepen proces het opmerkzame coderen, bepaalt welke delen van de input audiogegevens niet door het menselijke oor zullen waargenomen worden. De maskerende drempel is een kromme waaronder het menselijke oor geluiden niet kan waarnemen. Psycho-akoestische modeler vergelijkt de maskerende drempel die uniek voor het specifieke stuk input audiogegevens wordt geproduceerd en vergelijkt de maskerende drempel bij de input audiogegevens. Deze vergelijking dicteert aan de coderende sectie van de CODEC kring die van de tonen en het lawaai bevat binnen input de audiogegevens kunnen worden genegeerd zonder correcte kwaliteit te offeren.
