A method and apparatus for routing frames through a fiber channel fabric to
make the most efficient possible use of redundant inter-switch links
between neighboring switches. The inter-switch links may have different
bandwidths. The flow between adjacent switches is monitored to determine
various local usage statistics and periodically adjust routing tables to
move data flows from congested links to lightly loaded links.
Een methode en een apparaat om kaders via een vezel te leiden kanaliseren stof om het meest efficiënte mogelijke gebruik van overtollig inter-schakelaarverband tussen naburige schakelaars te maken. De inter-schakelaarverbindingen kunnen verschillende bandbreedte hebben. De stroom tussen aangrenzende schakelaars wordt gecontroleerd om diverse lokale gebruiksstatistieken te bepalen en periodiek het leiden lijsten aan te passen om gegevensstromen van verstopte verbindingen te bewegen aan licht geladen verbindingen.
