A server transmits distribution communication blocks to a relay client and
other clients through the Internet. The communication blocks include at
least addresses and pieces of distribution information of the relay client
and the other clients. The relay client obtains the pieces of distribution
information from the distribution communication blocks, and circulates the
communication blocks in which distribution results are set to a client
next in the order on the basis of the addresses. The last client that
receives the distribution communication block transmits it to the relay
client. The relay client relays the distribution communication block back
to the server.
Een server brengt distributie communicatie blokken aan een relaiscliënt en andere cliënten over door Internet. De communicatie blokken omvatten minstens adressen en stukken van distributieinformatie van de relaiscliënt en de andere cliënten. De relaiscliënt verkrijgt de stukken van distributieinformatie uit de distributie communicatie blokken, en geeft de communicatie blokken door waarin de distributieresultaten aan een cliënt volgende in de orde op basis van de adressen worden geplaatst. De laatste cliënt die het distributie communicatie blok ontvangt brengt het aan de relaiscliënt over. De relaiscliënt lost het distributie communicatie blok terug naar de server af.