A steering position indicator system for a boat provides the boat operator
with a signal to indicate when the boat's steering control means is
centered with respect to the boat's centerline. The system employs a
proximity sensor mounted on the hull or transom of the boat and a sensor
actuator mounted to a steering linkage bar extending between left and
right steerable outdrive units or rudders. The proximity sensor and sensor
actuator are positioned relative to one another such that the sensor
detects the actuator and closes a circuit only when the outdrive units are
centered with respect to the boat's centerline. The indicator includes a
light or buzzer and is mounted adjacent a helm position of the boat and
alerts the boat operator when the sensor detects the sensor actuator. The
proximity sensor may be optical, magnetic, or inductance. A switch allows
the boat operator to select either an audible or a visible signal.
Een de indicatorsysteem van de leidingspositie voor een boot voorziet de bootexploitant van een signaal om erop te wijzen wanneer het middel van de de leidingscontrole van de boot met betrekking tot de as van de boot gecentreerd is. Het systeem wendt een nabijheidssensor opgezet op de schil of de dwarsbalk van de boot en sensoractuator aan opgezet aan een staaf van de leidingsaaneenschakeling zich uitbreidt tussen linker en juiste bestuurbare outdrive eenheden of leidraden. De nabijheidssensor en sensoractuator worden elkaar geplaatst met betrekking tot dusdanig dat de sensor actuator ontdekt en een kring sluit slechts wanneer de outdrive eenheden met betrekking tot de as van de boot worden gecentreerd. De indicator omvat een licht of een zoemer en adjacent een roerpositie van de boot omvat en alarmeert de bootexploitant wanneer de sensor sensoractuator ontdekt. De nabijheidssensor kan optisch, magnetisch zijn, of inductantie. Een schakelaar staat de bootexploitant toe om of een hoorbaar of zichtbaar signaal te selecteren.