A method of routing a received message to a proper software controller in a
home audio/video network of connected network devices. A message is
received from a network bus by an intelligent device coupled to the
network bus, wherein the intelligent device includes a memory having
stored therein a plurality of software controllers for communicating with
a plurality of network devices. The intelligent device examines the
received message to determine a memory space indication and a source
device identification stored therein. The intelligent device then
determines whether any software controllers associated with the device
match the memory space indication. Provided that only one software
controller matches the memory space indication, the received message is
dispatched to the one software controller. Provided that more than one
software controller matches the memory space indication, the received
message is dispatched to that software controller that is also associated
with the source device identification of the received message. Provided
the memory space indication matches a self-software controller defined to
control the intelligent device and another software controller, the
received message is dispatched to the another software controller provided
the another software controller is awaiting a return message. The received
message is otherwise dispatched to the self-software controller. Once
received by the proper software controller, the received message is
dispatched as required to one or more sub-software controllers included
therein.
Een methode om een ontvangen bericht aan een juist softwarecontrolemechanisme in een huis audio/videonetwerk van aangesloten netwerkapparaten te leiden. Een bericht wordt van een netwerkbus door een intelligent apparaat ontvangen dat aan de netwerkbus wordt gekoppeld, waarin het intelligente apparaat een geheugen daarin hebben opgeslagend een meerderheid van softwarecontrolemechanismen voor het communiceren met een meerderheid van netwerkapparaten omvat. Het intelligente apparaat onderzoekt het ontvangen bericht om een daarin opgeslagen geheugen ruimteaanwijzing en een bronapparatenidentificatie te bepalen. Het intelligente apparaat bepaalt dan of om het even welke softwarecontrolemechanismen die met het apparaat worden geassocieerd de geheugen ruimteaanwijzing aanpassen. Op voorwaarde dat slechts één softwarecontrolemechanisme de geheugen ruimteaanwijzing aanpast, wordt het ontvangen bericht verzonden aan het één softwarecontrolemechanisme. Op voorwaarde dat meer dan één softwarecontrolemechanisme de geheugen ruimteaanwijzing aanpast, wordt het ontvangen bericht verzonden aan dat softwarecontrolemechanisme dat ook met de bronapparatenidentificatie van het ontvangen bericht wordt geassocieerd. Op voorwaarde dat de geheugen ruimteaanwijzing een zelf-softwarecontrolemechanisme aanpast dat wordt bepaald om het intelligente apparaat en een ander softwarecontrolemechanisme te controleren, wordt het ontvangen bericht verzonden aan het een andere softwarecontrolemechanisme op voorwaarde dat het een andere softwarecontrolemechanisme op een terugkeerbericht wacht. Het ontvangen bericht wordt anders verzonden aan het zelf-softwarecontrolemechanisme. Eens ontvangen door het juiste softwarecontrolemechanisme, wordt het ontvangen bericht verzonden zoals gevraagd aan één of meerdere daarin inbegrepen sub-softwarecontrolemechanismen.