Disclosed is a probe 2 suitable for use in the non-invasive sensing of glucose concentrations in the body of a patient. The probe 2 includes at least three radiation receiving fibers 16 extending between a probe body 12 and a spectrograph 8, and spaced apart from each other in a substantially uniform manner and aligned in a predetermined fixed pattern at the probe body 12. A radiation transmitting means 10 conducts radiation from a radiation source 4 and extends from the radiation source 4 to the probe body 12. The radiation transmitting means 10 is formed in the probe 2 into ring means for conducting radiation in a ring-shaped area immediately surrounding each of said receiving fibers 16. The radiation transmitting means 10 and the receiving fibers 16 terminate at the probe body 12 in a unitary structure having an outer surface configured for contacting the skin of a patient. The ring means passes radiation from the radiation source 4 into the patient in the areas immediately surrounding each receiving fiber 16. The receiving fibers 16 detect the radiation passing back out of the patient and pass this detected radiation to the spectrograph 8.

Onthuld wordt een sonde 2 geschikt voor gebruik in het niet-invasieve ontdekken van glucoseconcentraties in het lichaam van een patiënt. Sonde 2 omvat straling minstens drie die vezels 16 ontvangt zich uitbreidt tussen een sondelichaam 12 en een spectrograaf 8, en uit elkaar geplaatst behalve elkaar in een wezenlijk eenvormige manier en gericht in een vooraf bepaald vast patroon bij sondelichaam 12. Een straling die middelen 10 overbrengt leidt straling uit een stralingsbron 4 en breidt zich uit stralingsbron 4 uit tot sondelichaam 12. De straling die middelen 10 overbrengt wordt gevormd in sonde 2 in ringsmiddelen om straling op een ringvormig gebied te leiden dat onmiddellijk elk van bovengenoemde ontvangende vezels 16 omringt. De straling middelen 10 overbrengen en ontvangende vezels 16 die eindigen bij sondelichaam 12 in een gecentraliseerde structuur die een buitenoppervlakte hebben die voor het contacteren van de huid van een patiënt wordt gevormd. De ring betekent passenstraling uit stralingsbron 4 in de patiënt op de gebieden die onmiddellijk elke ontvangende vezel 16 omringen. Ontvangende vezels 16 ontdekken de straling die uit de patiënt teruggeeft en gaan deze ontdekte straling tot spectrograaf 8 over.