A safety rail assembly for an access hatch of a kind comprising a hatch
frame which defines an opening, said safety rail assembly being adapted to
extend around at least a part of a hatch frame thereby to safeguard
personnel from inadvertent entry into the hatch opening from at least two
mutually perpendicular directions, said safety rail assembly comprising
guard members which in use extend at least in part substantially
horizontally and support members for supporting the guard members at a
position elevated above the hatch frame, said support members each having
associated therewith a foot portion for resting in a free-standing manner
on a support surface surrounding the hatch frame, and said support members
having a resistance to toppling in a direction towards or a direction away
from the opening defined by the frame by at least one of a) structural
connection to a part of the safety rail assembly at an opposite side of
the frame, and b) co-operation of the safety rail assembly with an
abutment surface defined by the hatch frame.
Een assemblage van het veiligheidsspoor voor een toegangsbroedsel van een soort die uit een broedselkader bestaat dat het openen bepaalt, de bovengenoemde assemblage die van het veiligheidsspoor zich wordt aangepast om rond minstens een deel van een broedselkader daardoor tot beschermingspersoneel van achteloze toegang uit te breiden die in het broedsel van minstens twee wederzijds loodrechte aanwijzingen, de bovengenoemde assemblage van het veiligheidsspoor bestaand opent wacht uit leden die in zich op zijn minst voor een deel wezenlijk horizontaal en steunleden voor het steunen van de wachtleden bij een positie uitbreiden die boven het broedselkader wordt opgeheven, bovengenoemde steunleden elk die daarmee een voetgedeelte voor het rusten op een free-standing manier op een steunoppervlakte heeft geassocieerd die het broedselkader omringt, en bovengenoemde steunleden die a hebben in een richting naar of een richting vanaf openen bepaald door het kader door minstens één van a) structurele verbinding aan een deel van de assemblage van het veiligheidsspoor aan een tegenovergestelde kant van het kader, en b) samenwerking van de assemblage van het veiligheidsspoor met een steunpuntoppervlakte die door het broedselkader wordt bepaald.