The present invention provides a method for custom coding uplink signals
and downlink beams in a satellite communications system. The method
includes the step of applying, at a ground station (100), an outer code
(102) to an uplink signal to produce an outer coded uplink signal. Next,
the ground station (100) applies a selected reduced complexity inner code
(104) to the outer coded uplink signal to produce a concatenated coded
uplink signal. The ground station (100) transmits the concatenated coded
uplink signal to a satellite (110). At the satellite (110), the inner code
of the concatenated coded uplink signal is decoded (116) to produce an
outer coded satellite data stream. Next, the satellite (110) applies a
selected inner code (120) to a portion of the outer coded satellite data
stream to produce a concatenated coded satellite data stream. The
satellite (110) then transmits the concatenated coded satellite data
stream in a downlink beam to a destination ground station (126).
De onderhavige uitvinding verstrekt een methode voor de opstraalverbindingssignalen van de douanecodage en neerstraalverbindingsstralen in een satellietcommunicatiesysteem. De methode omvat de stap van het van toepassing zijn, bij een grondstation (100), een buitencode (102) op een opstraalverbindingssignaal om een buiten gecodeerd opstraalverbindingssignaal te veroorzaken. Daarna, past grondstation (100) een geselecteerde verminderde ingewikkeldheids binnencode (104) op het buiten gecodeerde opstraalverbindingssignaal toe om een aaneengeschakeld gecodeerd opstraalverbindingssignaal te veroorzaken. Grondstation (100) brengt het aaneengeschakelde gecodeerde opstraalverbindingssignaal aan een satelliet (110) over. Bij de satelliet (110), wordt de binnencode van het aaneengeschakelde gecodeerde opstraalverbindingssignaal (116) gedecodeerd om een buiten gecodeerde satellietgegevensstroom te produceren. Daarna, past satelliet (110) een geselecteerde binnencode (120) op een gedeelte van de buiten gecodeerde satellietgegevensstroom toe om een aaneengeschakelde gecodeerde satellietgegevensstroom te produceren. Satelliet (110) brengt dan de aaneengeschakelde gecodeerde satellietgegevensstroom in een neerstraalverbindingsstraal aan een bestemmingsgrondstation (over 126).