Each PV assembly of an array of PV assemblies comprises a base, a PV module
and a support assembly securing the PV module to a position overlying the
upper surface of the base. Vents are formed through the base. A pressure
equalization path extends from the outer surface of the PV module, past
the peripheral edge of the PV module, to and through at least one of the
vents, and to the lower surface of the base to help reduce wind uplift
forces on the PV assembly. The PV assemblies may be interengaged, such as
by interengaging the bases of adjacent PV assemblies. The base may include
a main portion and a cover and the bases of adjacent PV assemblies may be
interengaged by securing the covers of adjacent bases together.
Elke PV assemblage van een serie van PV assemblage bestaat uit een basis, uit een PV module en uit een steunassemblage beveiligend de PV module in een positie bedekkend de hogere oppervlakte van de basis. De openingen worden gevormd door de basis. Een weg van de drukgelijkmaking breidt zich van de buitenoppervlakte van de PV module, voorbij de randrand van de PV module, aan en door minstens één van de openingen uit, en tot de lagere oppervlakte van de basis helpen de krachten van de windondersteuning bij de PV assemblage verminderen. De PV assemblage kan zijn interengaged, zoals door de basissen van aangrenzende PV assemblage interengaging. De basis kan een hoofdgedeelte omvatten en een dekking en de basissen van aangrenzende PV assemblage kunnen zijn interengaged door de dekking van aangrenzende basissen samen te beveiligen.