Isotope water molecules, e.g., HTO and T.sub.2 O, are separated from
contaminated water by conveying the contaminated water through a
separation chamber containing a separation material formed of an inorganic
substrate with hydration sites having multiple associated waters of
hydration, whereby the waters of hydration are preferentially replaced by
the isotope water molecules. The discharged water, which is lower in
concentration of isotope water molecules due to the preferential
replacement, can be conveyed through a second separation chamber
containing additional separation material to remove additional isotope
water molecules. Following saturation, the separation material is heated
to separate the isotope water molecules. The relatively concentrated water
driven off by heating is stored or otherwise disposed of, and the
separation material is reused.
De het watermolecules van de isotoop, b.v., HTO en T.sub.2 O, worden van vervuild water door het vervuilde water door een scheidingskamer gescheiden te vervoeren die een scheidingsmateriaal bevat dat van een anorganisch substraat met hydratieplaatsen wordt gevormd die veelvoudige bijbehorende wateren van hydratie hebben, waardoor de wateren van hydratie bij voorkeur door de molecules van het isotopenwater worden vervangen. Het geloste water, dat lager is in concentratie van de molecules van het isotopenwater toe te schrijven aan de preferentiƫle vervanging, kan door een tweede scheidingskamer worden vervoerd die extra scheidingsmateriaal bevat om de extra molecules van het isotopenwater te verwijderen. Na verzadiging, wordt het scheidingsmateriaal verwarmd om de molecules van het isotopenwater te scheiden. Het vrij geconcentreerde water dat door te verwarmen wordt wordt afgeslagen opgeslagen of anders weggedaan, en het scheidingsmateriaal wordt opnieuw gebruikt.