A CPU is provided with an ability to modify its operation in accordance
with an encryption key. When a program is compiled, the program is
modified in order that execution may be performed by the CPU with modified
op codes. As a result, it is unnecessary to decrypt the program into
standard op codes prior to execution. The modified op codes are provided
with surplus bits, causing an increase in op code length, and the output
of data results is provided in blocks of several words. The internal
allocations of signals and logic gates is made key dependent to further
foil the efforts of adversaries who may attempt to understand the program
instructions.
Een cpu wordt voorzien van een capaciteit om zijn verrichting overeenkomstig een encryptiesleutel te wijzigen. Wanneer een programma wordt gecompileerd, wordt het programma gewijzigd opdat de uitvoering door cpu met gewijzigde op codes kan worden uitgevoerd. Dientengevolge, is het onnodig om het programma in standaardop codes voorafgaand aan uitvoering te decrypteren. De gewijzigde op codes worden voorzien van surplusbeetjes, veroorzakend een verhoging van op codelengte, en de output van gegevensresultaten wordt verstrekt in blokken van verscheidene woorden. De interne toewijzingen van signalen en logicapoorten wordt gemaakt tot zeer belangrijke afhankelijk aan verdere folie de inspanningen van tegenstanders die kunnen proberen om de programmainstructies te begrijpen.