A roller bearing cage having load capacity large enough to bear severe
conditions imposed by high-speed engines, with even lighter in weight. In
the roller bearing cage, the cage bars are each made up of axially
opposite thick ends and a slim mid-area lying midway the thick ends to
define a recess between them. The cage bar has radially outside
projections on an outside periphery thereof while radially inside
projections on an inside periphery thereof to keep the rollers against
escape out of the cage. The radially inside projections extend
circumferentially of the cage, especially, at a circular edge of the thick
end, which lies nearby or neighboring or closer to the recess. The
radially inside projections are made by forcing material at the edge to
move circumferentially by plastic flow into the projections that extend
circumferentially towards pockets on a radially inside circular surface of
the thick end.
Een kooi die van het rollager ladingscapaciteit heeft grote genoeg om strenge voorwaarden te dragen die door hoge snelheidsmotoren worden opgelegd, met nog lichter in gewicht. In de kooi van het rollager, worden de kooistaven elk uit axiaal tegenover dikke einden en een slank medio-gebied dat halverwege de dikke einden samengesteld een reces tussen hen ligt te bepalen. De kooistaaf heeft radiaal buitenprojecties daarvan op een buitenperiferie terwijl radiaal binnenkantprojecties op een binnenperiferie daarvan om de rollen tegen vlucht van de kooi weg te blijven. De radiaal binnenkantprojecties breiden zich perifeer van de kooi uit, vooral, bij een cirkelrand van het dikke eind, dat nabijgelegen of naburig of dichter ligt aan het reces. De radiaal binnenkantprojecties worden gemaakt door het dwingen materiaal bij de rand om zich perifeer door plastic stroom in de projecties te bewegen die zich perifeer naar zakken op de cirkeloppervlakte van de a radiaal binnenkant van het dikke eind uitbreiden.