A hydrocarbon containing formation may be treated using an in situ thermal
process. A mixture of hydrocarbons, H.sub.2, and/or other formation fluids
may be produced from the formation. Heat may be applied to the formation
to raise a temperature of a portion of the formation to a pyrolysis
temperature. After pyrolysis, the portion may be heated to a synthesis gas
production temperature. A synthesis gas producing fluid may be introduced
into the portion to generate synthesis gas. Synthesis gas may be produced
from the formation in a batch manner or in a substantially continuous
manner.
Een koolwaterstof die vorming bevat kan worden behandeld gebruikend een thermisch proces in situ. Een mengsel van koolwaterstoffen, H.sub.2, en/of andere vormingsvloeistoffen kan uit de vorming worden geproduceerd. De hitte kan op de vorming worden toegepast om een temperatuur van een gedeelte van de vorming aan een pyrolysetemperatuur op te heffen. Na pyrolyse, kan het gedeelte aan een de productietemperatuur van het synthesegas worden verwarmd. Een synthesegas dat vloeistof produceert kan in het gedeelte worden geïntroduceerd om synthesegas te produceren. Het gas van de synthese kan uit de vorming op een partijmanier of op een wezenlijk ononderbroken manier worden geproduceerd.