A loop antenna is constructed by bending a linear conductor so that it
forms concavo-convex portions within an antenna plane. As an example, the
shape of the loop antenna comprises a long straight line portion (LP)
which elongates substantially straight in the direction of the arrow X, a
short straight line portion (TP1) which is at a predetermined angle
(.theta.1) with respect to the long straight line portion (LP) and shorter
than the long straight line portion (LP), and a short straight line
portion (TP2) which is at a predetermined angle (.theta.3) with respect to
the short straight line portion (TP1) and at a predetermined angle
(.theta.2) with respect to the long straight line portion (LP) and has
approximately same length as the short straight line portion (TP1),
wherein an acute angle portion (TG1) which is formed by the short straight
line portions (TP1) and (TP2), and acute angle portions (TG 2, TG 3 and
TG4) each having approximately same shape as the acute angle portion (TG1)
are succeeding in the opposite direction of the arrow X to the vicinity of
a feeding point (P2).
Een lijnantenne wordt geconstrueerd door een lineaire leider te buigen zodat het concavo-convexe gedeelten binnen een antennevliegtuig vormt. Als voorbeeld, bestaat de vorm van de lijnantenne uit een lang rechte lijngedeelte (LP) dat wezenlijk rechtstreeks in de richting van pijl X, een kort rechte lijngedeelte verlengt (TP1) dat bij een vooraf bepaalde hoek (theta.1) met betrekking tot het lange rechte lijngedeelte (LP) en korter dan het lange rechte lijngedeelte (LP) is, en een kort rechte lijngedeelte (TP2) dat bij een vooraf bepaalde hoek (theta.3) met betrekking tot het korte rechte lijngedeelte (TP1) en bij een vooraf bepaalde hoek (theta.2) met betrekking tot het lange rechte lijngedeelte (LP) is en ongeveer zelfde lengte zoals de korte rechte lijn heeft (TG1) wat door de korte rechte lijngedeelten wordt gevormd (TP1) en (TP2), en scherpe hoekgedeelten (TG 2, TG 3 en TG4) elk die ongeveer zelfde vorm heeft zoals het scherpe hoekgedeelte (TG1) in de tegenovergestelde richting van pijl X aan de nabijheid van een het voeden punt (P2) slaagt.
