An electroluminescent device is formed of a pair of electrodes and an
organic compound layer interposed between the electrodes. The organic
compound layer is composed of an organic compound represented by the
following general formula (1):
##STR1##
wherein X is a substituted or unsubstituted arylene group or a substituted
or unsubstituted heterocyclic group, each of at least two groups among
Ar.sup.1, Ar.sup.2, Ar.sup.3, and Ar.sup.4 is a substituted or
unsubstituted fluorenyl group, and the remainder represents a substituted
or unsubstituted aryl group.
Een electroluminescent apparaat wordt van een paar elektroden en een organische samenstellingslaag gevormd die tussen de elektroden wordt ingevoegd. De organische samenstellingslaag is samengesteld uit een organische samenstelling die door volgende algemene formule (1) wordt vertegenwoordigd: ## STR1 ## waarin X een gesubstitueerde of unsubstituted arylenegroep of een gesubstitueerde of unsubstituted heterocyclische groep, elk van minstens twee groepen onder Ar.sup.1, Ar.sup.2, Ar.sup.3 is, en Ar.sup.4 een gesubstitueerde of unsubstituted fluorenylgroep is, en de rest een gesubstitueerde of unsubstituted aryl groep vertegenwoordigt.